Een hard metaal dat bij een temperatuur van 1100 graden Celsius uit ijzererts kan worden gesmolten en dan door verhitten en hameren tot voorwerpen kan worden gesmeed. In Nederland werden al in de Bronstijd ijzeren voorwerpjes gebruikt, maar pas vanaf 800 voor Christus maakten de mensen op grote schaal werktuigen en wapens van ijzer. Het ijzererts kwam ook in Nederland voor als grote klompen 'ijzeroer' in moerassen.